Waarom zou je tegen het invaren van jouw pensioen zijn?

Als jouw pensioenfonds de pensioenregeling gaat aanpassen aan de nieuwe pensioenwet, dan wordt jouw pensioen ingevaren. Maar wat gebeurt er precies bij het invaren van pensioen? En is het erg als je pensioen wordt ingevaren?

Invaren van pensioen

Invaren wil zeggen dat het pensioenfonds je huidige pensioen omzet naar een pensioen op basis van de nieuwe regels.

In de huidige situatie is jou een jaarlijks pensioenbedrag beloofd. Dat bedrag is niet gegarandeerd, maar kan als het goed gaat stijgen (indexatie) en als het slecht gaat dalen. Het pensioenfonds probeert een daling zoveel mogelijk te voorkomen. Maar die extra zekerheid kost geld. En dat zorgt ervoor dat de kans op een stijging juist weer afneemt.

In de nieuwe situatie krijg je een persoonlijke pensioenpot en de omvang van die pot bepaalt hoeveel pensioen jij krijgt. Eenvoudig gezegd, als de pot groeit en de rente blijft gelijk, dan stijgt je pensioen, als de pot daalt, dan daalt je pensioen.

Wat gebeurt er precies bij het invaren van je pensioen?

Tijdens je werkzame leven betaal je samen met je werkgever pensioenpremies aan het pensioenfonds. Deze premies worden belegd door het pensioenfonds. Maar jij hebt geen eigen rekening of potje. Jouw geld wordt in een grote pot gestort en die pot moet voldoende zijn om alle pensioenen, nu en in de toekomst uit te kunnen keren.

Bij het invaren wordt die grote pot verdeeld. Iedereen krijgt zijn of haar eigen deel van de grote pot.

In het huidige stelsel wordt gerekend met grote buffers. In het nieuwe stelsel zijn die minder groot. Dat betekent dat de buffers vrijvallen. Deze zullen ook worden verdeeld.

Lees ook:
Snel met pensioen voor het nieuwe stelsel wordt ingevoerd?

Ga ik erop vooruit?

Of je erop vooruit gaat hangt af van hoe rijk jouw pensioenfonds is. De meeste pensioenfondsen staan er op dit moment goed voor. Hoe goed, kun je zien aan de dekkingsgraad. Deze wordt gepubliceerd op de website van het pensioenfonds.

In principe is een dekkingsgraad van 100% voldoende. Dan krijg jij exact genoeg geld om je huidige pensioen te kunnen blijven uitkeren. Er wordt in het nieuwe pensioenstelsel ook met een kleine buffer gerekend. Die zal naar verwachting 5% zijn. Dus dan moet het fonds nu 105% dekkingsgraad hebben. Alles wat er extra is, kan worden verdeeld.

En hoe werkt het dan verder?

Stel jij hebt een pensioen van € 10.000,- per jaar. Het pensioenfonds heeft nu een hoge dekkingsgraad en na invaren van je pensioen krijg jij 10% extra. Je pensioen wordt dan € 11.000,-. Daarnaast wordt er een buffer aangelegd van 5%.

Daarna bepaalt het rendement in combinatie met de rente-ontwikkeling of je pensioen gaat stijgen of dalen. Stel, de rente blijft gelijk en er wordt met jouw pot 2% rendement gemaakt, dan stijg je uitkering in het volgende jaar dus naar € 11.220,-.

Het jaar daarna is de rente nog steeds gelijk gebleven wordt er een rendement gemaakt van -5%. Het gaat namelijk niet goed op de beurzen en er is een verlies. Wat gebeurt er dan met je pensioen? In principe daalt je pensioen dan naar € 10.659,-. Een daling van € 561,-. Deze daling hoeft echter niet meteen te worden vertaald naar een lagere uitkering. Dit kan worden uitgesmeerd over meerdere jaren. Veel fondsen kiezen voor 5 jaar. Dan daalt je pensioen dus met € 112,20 per jaar. Maar die daling kan worden opgevangen door de buffer die het pensioenfonds heeft aangehouden.

Per saldo blijft je uitkering dan € 11.220,-. De buffer daalt iets en er is een verlies ‘op de lat geschreven’. Stel, het jaar erna wordt er weer een positief rendement gemaakt, dan wordt het verlies weer gecompenseerd en kunnen de buffers weer aangevuld. En als er dan nog wat over is, stijgt je pensioen weer verder.

Wat is de invloed van de rente?

Naast het rendement op de beleggingen, is ook de rente van invloed. Hoe hoger de rente, hoe minder geld er nodig is om een bepaald pensioen uit te keren en omgekeerd, hoe lager de rente, hoe meer geld er nodig is.

Dus wanneer de rente daalt, heb je meer geld nodig om hetzelfde pensioen uit te keren. Als je pensioenpot gelijk blijft, krijg je bij een dalende rente dus een lager pensioen. En bij een stijgende rente krijg je dan dus een hoger pensioen. Een pensioenuitvoerder kan er voor kiezen om dit rente-effect af te dekken.

Wanneer de rente dan daalt, is er meer geld nodig om het pensioen uit te keren, maar door een rente-afdekking stijgt op dat moment de pensioenpot. Per saldo gebeurt er dan niet(s) (veel).

Is dit beter dan hoe het nu is?

Om te zien hoe het nu werkt kun je eenvoudig terugkijken naar de afgelopen 15 jaar. Pensioenfondsen maakten mooie rendementen, maar het pensioen werd niet of nauwelijks geïndexeerd. Alleen de laatste 2 jaar wel. En dat kwam door een bijzondere oorzaak. De rente was erg hoog als gevolg van een hele hoge inflatie. En de regels voor pensioenfondsen zijn tijdelijk versoepeld, zodat zij sneller en meer kunnen indexeren.

In het huidige stelsel had je dus € 10.000,- en op basis van normale omstandigheden zou dat dus in 15 jaar tijd 2 of 3 keer een beetje zijn geïndexeerd.

Wat heb je liever?

Als je kan kiezen, wat heb je dan liever? Een lager pensioen dat af en toe een beetje stijgt en (bijna) nooit daalt? Of een hoger pensioen dat vaker stijgt en af en toe een beetje daalt?

Foto: dalia nava – Pexels.com

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *